Ouders
Ouders

Conclusie & duiding

Ouders spelen als opvoeders een belangrijke rol in het (eventuele) gebruik van middelen (alcohol, roken en drugs), sociale media, gamen en gokken door hun kind. Dit doen ze door regels stellen, aandacht hebben voor de activiteiten van het kind en toezicht houden (monitoring). Ook de zichtbaarheid en beschikbaarheid van middelen thuis en het eigen voorbeeldgedrag spelen een rol (lees meer). Daarom zijn ouders een belangrijke doelgroep voor preventieactiviteiten zoals in de NIX18-campagne, Rookvrije Generatie, Opgroeien in een Kansrijke Omgeving en Helder op School. Maar hoe denken ouders over de opvoeding en eerdergenoemde thema’s? Het Peilstationsonderzoek Ouders uit 2023 geeft hierover informatie. Op deze pagina duiden we de onderzoeksresultaten en beschrijven we de conclusies van dit onderzoek.

Bijna alle ouders praten met hun kind over middelengebruik
Bijna alle ouders praten met hun kind over alcohol drinken, roken en vapen (>94%). Voor drugs ligt het percentage wat lager (83,1%). Dit komt waarschijnlijk omdat ouders hun kinderen nog te jong vinden om over drugs te praten. Een deel van de ouders (14,7%) zegt het in de toekomst namelijk wel te gaan doen. Driekwart van de ouders heeft er vertrouwen in dat zij invloed hebben op het alcohol- en tabaksgebruik van hun kind. Voor cannabis ligt dit nog iets hoger (81,0%).

Ouders praten met hun kind het meest over de risico’s en gevolgen van middelengebruik
Als ouders met hun kind praten over middelengebruik, praten ze meestal over de risico’s en gevolgen, wat hun kind vindt en wat ouders zelf vinden van middelengebruik. Minder ouders praten over wat hun kind wel of niet mag. Onderzoek laat zien dat het belangrijk is om dit laatste wel te doen. Het helpt als ouders duidelijke regels stellen en deze op een goede manier met het kind bespreken. Dit vermindert de kans dat het kind middelen zoals alcohol en tabak gaat gebruiken​1–3​. Mogelijk weten ouders nog onvoldoende dat het stellen van regels belangrijk is. Of ouders weten niet goed hoe ze hierover moeten praten met hun kind. Websites als HelderOpvoeden.nl geven hierover concrete tips.

Steeds meer ouders denken dat middelengebruik schadelijk is voor jongeren
Bijna alle ouders denken dat af en toe roken (97,0%) of cannabis gebruiken (94,4%) best wel of erg schadelijk is voor jongeren onder de 18 jaar. Voor af en toe vapen (86,9%) en ieder weekend 1 of 2 glazen alcohol drinken (85,3%) zijn de percentages iets lager. Voor alle middelen geldt dat er sprake is van een sterke toename vergeleken met de eerste meting in 2007 (voor vapen 2015). Steeds meer ouders weten dus dat middelengebruik voor minderjarigen schadelijk is. Zoals eerder genoemd zijn de risico’s en gevolgen ook het meest besproken onderwerp tussen ouder en kind als het gaat om middelengebruik.

Veel meer ouders maken zich zorgen over sociale mediagebruik dan over middelengebruik
Een relatief kleine groep ouders maakt zich (heel) vaak zorgen over het (toekomstig) middelengebruik van hun kind. Voor alcohol en tabak gaat het beide om één op de twintig ouders (5%). Een iets grotere groep ouders maakt zich zorgen over vapen (6,2%) en iets minder ouders maken zich zorgen over drugs (3,7%). Ter vergelijking: ruim één derde (34,7%) maakt zich (heel) vaak zorgen dat hun kind (te) veel bezig is met sociale media. Dit percentage is sterk toegenomen: vergeleken met 2015 (17,7%) is sprake van een verdubbeling in 2023 (34,7%).

Een derde van de ouders heeft een NIX18-afspraak
Ongeveer driekwart van de ouders zegt dat hun kind zeker niet mag drinken of roken voor het 18e jaar. Het aantal ouders dat hier daadwerkelijk een afspraak over heeft gemaakt, is een stuk lager. Ongeveer een derde van de ouders heeft een NIX18-afspraak (niet drinken én niet roken onder de 18 jaar). Ouders die geen afspraak hebben gemaakt, geven daarvoor het vaakst de volgende redenen: ‘ik praat er liever goed over’, ‘misschien gaat mijn kind dan stiekem drinken/roken’ en ‘mijn kind wil zelf niet drinken/niet roken’. Ook denkt ongeveer één op de zes ouders dat het maken van een NIX18-afspraak geen zin heeft.  

Het percentage ouders met een NIX18-afspraak is sinds 2015 weinig veranderd. Ook in de regels over roken zien we sinds 2015 weinig veranderingen. Over alcohol zijn ouders in 2023 vergeleken met 2007 wel strenger geworden, maar sinds 2015 zijn er nauwelijks veranderingen in de regels van ouders over alcoholgebruik.  De meeste ouders kiezen er dus voor om géén NIX18-afspraak te maken. Dit is zorgelijk, omdat het stellen van grenzen juist een effectieve manier is om risicogedrag zoals middelengebruik, te voorkomen.

Twee derde van de ouders heeft weleens alcohol aan hun kind gegeven
Twee derde van de ouders van kinderen die weleens drinken, geven zelf weleens alcohol aan hun kind. De eerste keer dat ouders dit deden, waren de kinderen gemiddeld 14,8 jaar. Mogelijk doen ouders dit omdat ze denken dat hun kind beter kan leren drinken onder hun toezicht. Verschillende studies laten echter zien dat kinderen die alcohol van hun ouders krijgen later een grotere kans hebben op riskant alcoholgebruik (lees meer).

Veel ouders ontevreden over de inspanning van andere ouders om drinken en roken te voorkomen
Vergeleken met eerdere jaren zijn ouders in 2023 minder positief over de inspanning van anderen, zoals de overheid en andere ouders, om drinken en roken onder jongeren te voorkomen. Ouders zijn veruit het minst positief over de rol van andere ouders hierin. Het is uit dit onderzoek niet duidelijk waarom ouders zo ontevreden zijn over andere ouders. Mogelijk vinden ouders andere ouders niet ‘streng’ genoeg en maakt dit het moeilijker om de eigen regels toe te passen. Het kan helpen als ouders meer met elkaar praten en ervaringen delen over opvoeding en middelengebruik. Dit kan zorgen voor overeenstemming in de regels waardoor jongeren in hun omgeving met dezelfde regels te maken hebben. Dit wordt bijvoorbeeld gedaan in de podcast Na de Limonade. Hierin gaan ouders met elkaar in gesprek en krijgen ouders tips.

Ouders maken zich zorgen over de smartphone, maar stellen vaak geen grenzen
Ondanks dat relatief veel ouders zich zorgen maken over sociale mediagebruik, heeft een deel van deze ouders hier geen regels over. Van de helft van de ouders mag het kind bijvoorbeeld (heel) vaak de smartphone gebruiken zolang het kind dat zelf wil. Onder ouders van gamende kinderen zegt ruim een kwart dat hun kind (heel) vaak mag gamen zolang het zelf wil. Het kan zijn dat sommige ouders hier geen regels over stellen omdat zij geen problemen ervaren. Maar het kan ook zijn dat ouders niet goed weten hoe ze het gesprek met hun kinderen moeten aangaan of hoe ze het gebruik kunnen beperken. Een van de adviezen in media opvoeding is om te kijken naar je eigen gebruik en niet alleen dat van je kind. Het is beter om samen voor het gezin regels op te stellen in plaats van alleen voor het kind.

Er zijn op dit moment zowel wetenschappelijke als maatschappelijke discussies over het uitstellen van gebruik van sociale media door kinderen naar een latere leeftijd. Ook zijn scholen steeds vaker actief bezig met een smartphoneverbod onder lestijd. Meer onderzoek is nodig naar de voordelen en nadelen en het meest effectieve beleid, zowel thuis als op school. Tot die tijd is het advies om te zorgen voor een goede verdeling tussen schermtijd en andere (lichamelijke) tijdsbesteding. Bij een goede digitale balans voelt iemand zich lichamelijk, geestelijke en sociaal gezond (zie https://digitalebalans.nl/).

Weinig ouders denken dat hun kind online gokt voor geld
Online gokken is wettelijk verboden voor minderjarigen. Een kleine groep ouders (2,5%) zegt dat hun kind weleens online gokspellen speelt met geld. Wanneer we het aan scholieren zelf vragen, geeft 6,7% aan in het laatste jaar weleens online te gokken met geld. Mogelijk hebben ouders onvoldoende zicht op wat hun kind online doet of verwarren ouders het online gokken met het spelen van games.  Het zou goed zijn als ouders signalen van (problematisch) gokbedrag beter leren herkennen. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om zorgen en stress bij de jongere over geld.

Samenvattend
Een aanzienlijk deel van de 12- t/m 16-jarige scholieren drinkt weleens alcohol, rookt en/of vapet (lees meer).  Ouders zijn zich steeds meer bewust van de schadelijkheid van middelengebruik voor jongeren.  Bijna alle ouders praten hier ook over met hun kind. Toch maken weinig ouders zich zorgen over het (toekomstig) middelengebruik door hun kind. Het is niet duidelijk waarom zo weinig ouders zich zorgen maken. Mogelijk omdat ouders veel vertrouwen hebben in hun kind of omdat ze denken dat het erbij hoort en vanzelf weer goed komt. Andere verklaringen kunnen zijn dat dat ze niet op de hoogte zijn van het middelengebruik van hun kind of omdat ze zelf drinken, roken of andere middelen gebruik(t)en en hier weinig nadelige gevolgen van ondervinden. Meer inzicht in waarom ouders zich geen zorgen maken, zou aanknopingspunten kunnen geven voor preventie. Relatief veel ouders maken zich wél (heel) vaak zorgen over het gebruik van sociale media. Wat daarbij opvalt is dat ondanks de zorgen, ongeveer 40% van deze ouders zegt dat hun kind de smartphone mag gebruiken zolang het kind zelf wil. Er lijkt daarmee behoefte te zijn aan meer duidelijkheid over normen en handelingsperspectieven rondom smartphone, game en sociale mediagebruik.

Ook voor het gebruik van alcohol en tabak geldt dat veel ouders geen concrete afspraken hebben gemaakt (bijvoorbeeld een NIX18-afspraak). Ouders doen dit vaak niet, omdat ze liever goed praten met hun kind. Goede communicatie en in gesprek blijven is inderdaad belangrijk. Maar het maken van afspraken en het stellen van duidelijke regels is essentieel bij het voorkomen van risicogedrag. Dit is vaak al een belangrijke boodschap in voorlichting voor ouders. De cijfers uit dit onderzoek laten zien dat deze boodschap een nieuwe impuls nodig heeft. Preventiewerkers, middelbare scholen en gemeenten kunnen ouders meer ondersteunen in de opvoeding en betrekken bij het voorkomen van risicogedrag.

Aan de slag met preventie 


  1. 1.
    Mares SH, Lichtwarck-Aschoff A, Burk WJ, van der Vorst H, Engels RCME. Parental alcohol-specific rules and alcohol use from early adolescence to young adulthood. Journal of child psychology and psychiatry [Internet]. 2012;53(7):798–805. Available from: https://doi.org/10.1111/j.1469-7610.2012.02533.x
  2. 2.
    Emory K, Saquib N, Gilpin EA, Pierce JP. The association between home smoking restrictions and youth smoking behaviour: a review [Internet]. Tobacco Control. BMJ; 2010. p. 495–506. Available from: http://dx.doi.org/10.1136/tc.2010.035998
  3. 3.
    Hiemstra M, de Leeuw RN, Engels RCME, Otten R. What parents can do to keep their  children from smoking: A systematic review on smoking-specific parenting strategies and smoking  onset. Addictive behaviors. 2017;70:107–28.

Aanvullende informatie

Hoe te verwijzen

    Monshouwer, K., Rombouts, M. Peilstationsonderzoek Ouders 2023. Ouders.
    .
    Geraadpleegd op: 20 march 2025. Trimbos-instituut, Utrecht.