Op deze pagina lees je meer over hoe ouders denken over de opvoeding en gebruik van cannabis of andere drugs. We beschrijven of dit is veranderd vergeleken met eerdere jaren en of het verschilt naar leeftijd en schoolniveau van het kind.
Praten met hun kind
Acht op de tien ouders heeft met hun kind gepraat over drugs
Een ruime meerderheid van de ouders (83,1%) heeft één keer of vaker met hun kind over drugs gepraat. De rest van de ouders heeft dit nog niet gedaan. De meesten (14,7%) willen dat nog wel doen, anderen niet (2,2%).
Ouders praten het meest over de risico’s en gevolgen van drugs
We hebben ook aan ouders gevraagd waarover zij hebben gepraat (meerdere antwoorden mogelijk). De drie meest genoemde onderwerpen zijn: de risico’s en de gevolgen van drugs, wat ouders zelf vinden van drugs gebruiken en wat hun kind vindt van drugs gebruiken. Minder ouders praten over of het kind wel of niet drugs mag gebruiken.
Op de vraag over welke drug(s) de ouders hebben gepraat, zeggen bijna alle ouders ‘over drugs in het algemeen’ (94,7%). Daarnaast heeft 44,8% over cannabis gepraat, gevolgd door lachgas (38,0%) en XTC (32,6%).
Ruime meerderheid van de ouders denkt invloed te hebben op cannabisgebruik van hun kind
Acht op de tien ouders (81,0%) denkt waarschijnlijk of zeker wel invloed te hebben op het cannabisgebruik van hun kind. Van de overige ouders denkt 11,4% waarschijnlijk of zeker geen invloed te hebben en 7,6% denkt soms wel en soms geen invloed te hebben.
Zorgen en schadelijkheid
Relatief weinig ouders maken zich zorgen dat hun kind drugs gaat gebruiken
In 2023 maakte 3,7% van de ouders zich (heel) vaak zorgen dat hun kind drugs zou gaan gebruiken. Het percentage is lager dan in 2021 en 2019, maar alleen het verschil met 2019 is significant. Meer ouders maken zich zorgen over roken, vapen en alcoholgebruik dan over het drugsgebruik van hun kind (zie deze tabel voor een vergelijking met andere onderwerpen).
Bijna alle ouders denken dat af en toe cannabisgebruik schadelijk is voor jongeren
In 2023 dacht 94,4% van de ouders dat af en toe cannabisgebruik best wel of erg schadelijk is voor jongeren onder de 18 jaar. Dit is hoger dan in alle andere jaren. De groep ouders die af en toe cannabis gebruiken schadelijk vindt, is ongeveer net zo groot als voor af en toe sigaretten roken of vapen (zie deze tabel voor een vergelijking met andere middelen).
Wat mag wel en niet?
Van negen op de tien ouders mag het kind zeker niet blowen
Van ongeveer negen op de tien ouders mag hun kind zeker geen trekje van een joint nemen (86,1%) of af en toe blowen (92,8%). In 2021 leek het percentage ouders met strenge regels iets af te nemen maar in 2023 is het percentage weer toegenomen.
Verschillen naar leeftijd en schoolniveau van het kind
Verschillen tussen ouders van jonge en oudere kinderen
- Ouders van jonge kinderen (12 t/m 14 jaar) zeggen vaker dan ouders van oudere kinderen (15 en 16 jaar) dat
– zij invloed denken te hebben op het cannabisgebruik van hun kind;
– hun kind zeker geen trekje van een joint mag;hun kind zeker niet af en toe mag blowen;het best wel/erg schadelijk is voor jongeren onder de 18 jaar om af en toe cannabis te gebruiken. - Ouders van 15-16-jarigen zeggen vaker dan ouders van 12- t/m 14-jarigen dat ze hebben gepraat met hun kind over drugs.
- Er zijn geen verschillen tussen ouders van verschillende leeftijdsgroepen en het hebben van zorgen over het drugsgebruik van hun kind.
Bekijk in deze tabel alle cijfers onder ouders van 12- t/m 14-jarigen en 15-16-jarigen.
Verschillen tussen schoolniveaus van het kind
- Ouders van Vwo-leerlingen denken vaker dan ouders van leerlingen van de andere schoolniveaus dat zij invloed hebben op het cannabisgebruik van hun kind.
- Ouders van Vwo-leerlingen zeggen vaker dan ouders van Havo-leerlingen dat hun kind zeker niet af en toe een joint mag roken.
- Er zijn geen verschillen tussen de schoolniveaus en het percentage ouders dat
– heeft gepraat met hun kind over drugs;
– zegt dat hun kind zeker geen trekje van een joint mag;
– denkt dat het schadelijk is voor jongeren onder de 18 jaar om af en toe cannabis te gebruiken;
– zich zorgen maakt over het (toekomstig) drugsgebruik van hun kind. Dit percentage lijkt lager onder ouders van Vwo-leerlingen, maar dit verschil is niet significant.
Bekijk in deze tabel alle cijfers onder ouders van kinderen met verschillende schoolniveaus.