De toename in het vóórkomen van psychische aandoeningen in de Nederlandse bevolking tussen 2007-2009 (NEMESIS-2) en 2019-2022 (NEMESIS-3) is groot. Om deze toename beter te begrijpen hebben we met de vervolgmetingen van NEMESIS-2 gekeken of deze ontwikkeling al eerder zichtbaar was. Bij elk van de vervolgmetingen van NEMESIS-2 (meting 2 in 2010-2012, meting 3 in 2013-2015 en meting 4 in 2016-2018) is bepaald hoeveel procent van de volwassen Nederlanders een DSM-IV psychische aandoening in de afgelopen 3 jaar heeft gehad. Daarbij is rekening gehouden met veranderingen in demografische kenmerken in het cohort over de tijd.
De resultaten lieten zien dat ook binnen NEMESIS-2 het vóórkomen van psychische aandoeningen toenam. In 2010-2012 had 15% van de volwassen Nederlanders een psychische aandoening in de afgelopen 3 jaar, dit was in 2016-2018 gestegen naar 20%. Vergelijkbare toenames zagen we bij het vóórkomen van de drie hoofdgroepen van psychische aandoeningen (zie figuur). Deze bevindingen laten zien dat de toename in het vóórkomen van psychische aandoeningen tussen NEMESIS-2 en NEMESIS-3 al voor de start van NEMESIS-3 lijken te zijn ingezet.1
Referenties
- 1.Ten Have M, Tuithof M, van Dorsselaer S, Schouten F, de Graaf R. The Netherlands Mental Health Survey and Incidence Study-3 (NEMESIS-3): Objectives, methods and baseline characteristics of the sample. Vol. 32, International journal of methods in psychiatric research. 2023. p. e1942.