Op deze pagina beschrijven we verschillen in roken tussen groepen.
Lees aan het einde van deze pagina meer over gebruikte begrippen en methodewijziging.
Totaal en naar geslacht
Van alle leerlingen van 12 tot en met 16 jaar in het voortgezet onderwijs heeft ongeveer één op de zes (16,1%) ooit gerookt, één op de twaalf (8,5%) heeft in de laatste maand gerookt en 2,2% van de leerlingen rookt dagelijks.
Meer meisjes dan jongens hebben ooit of in de laatste maand gerookt. Dagelijks roken verschilt niet tussen jongens en meisjes.
Leeftijd
Het roken van tabak neemt duidelijk toe met de leeftijd. Als voorbeeld: onder de 12-jarigen heeft 3,9% ooit gerookt, onder 16-jarigen is dit bijna een derde (31,3%). Ook voor het roken in de laatste maand en dagelijks roken zien we een sterke toename met de leeftijd.
Schoolniveau
Op het Vwo is het percentage leerlingen dat ooit heeft gerookt (10,5%) lager dan op de andere schoolniveaus. Op het Vmbo-b/k is het percentage het hoogst (21,0%) maar niet significant verschillend van Vmbo-g/t (19,2%). Ook het percentage leerlingen dat in de laatste maand heeft gerookt, is het laagst onder Vwo-leerlingen. Dagelijks roken komt eveneens het minst voor op het Vwo (1,0%) maar alleen het verschil met Vmbo-b/k (4,3%) is significant.
Herkomst
Meer leerlingen met een Nederlandse herkomst hebben ooit of in de laatste maand gerookt dan leerlingen met een niet-Nederlandse herkomst. Voor dagelijks roken zien we geen verschillen naar herkomst.
Startleeftijd
De gemiddelde leeftijd waarop scholieren hun eerste sigaret rookten is 13,4 jaar. Jongens waren iets jonger (13,2 jaar) toen ze hun eerste sigaret rookten dan meisjes (13,5 jaar).
Leerlingen die dagelijks roken waren gemiddeld 13,6 jaar oud toen ze daarmee begonnen. Het verschil tussen jongens (13,5 jaar) en meisjes (13,7 jaar) is niet significant.
Willen scholieren in de toekomst gaan roken?
Van de leerlingen die nooit gerookt hebben, denkt de meerderheid (60,3%) dat in de toekomst ook zeker niet te gaan doen. 15,7% denkt waarschijnlijk nooit te zullen gaan roken, 7,5% denkt misschien en 0,9% denkt zeker wel te zullen gaan roken. Jongens en meisjes verschillen hierin niet.
Methodewijziging
In 2023 zijn er een aantal veranderingen geweest in de vragenlijst en de manier waarop deze is afgenomen. Dit kan invloed hebben gehad op de resultaten. De uitkomsten van 2023 en de vergelijkingen met eerdere jaren moeten daarom voorzichtig worden geïnterpreteerd (Lees meer).
Begrippen
Ooit: tenminste 1 keer gebruikt in het hele leven.
Laatste maand: gebruikt in de maand voorafgaand aan het onderzoek.